Door op 2 april 2014

Reactie op rapport informateur

Gisteravond heeft D66 bekend gemaakt dat de onderhandelingen worden gestart tussen D66, SP, GroenLinks en het CDA. Voor drie van deze partijen was het de eerste voorkeur (D66, SP en CDA), heeft de informateur vastgesteld in zijn rapport. Logisch dus dat deze partijen met elkaar het gesprek aangaan hoewel op het rapport wel een en ander valt aan te merken.

De PvdA heeft aangegeven dat D66 en de SP voor ons, net als voor de andere partijen, de meest voor de hand liggende partijen zijn om de basis voor een nieuw college te vormen. De PvdA heeft de informateur laten weten zeker mogelijkheden te zien in samenwerking op basis van de inhoud van de programma’s. Op de onderwerpen werkgelegenheid, onderwijs en zorg, belangrijke onderwerpen voor de PvdA, zagen wij veel aanknopingspunten.

Het kunstencluster is door alle partijen als belangrijk onderwerp voor de onderhandelingen genoemd. Wij hebben bewust geen breekpunten geformuleerd. Wel hebben we aangegeven dat wij een ander standpunt op dit onderwerp ‘niet snel voorstelbaar‘ vinden. Overigens heeft de informateur ondanks de verschillen in het standpunt ten aanzien van het kunstencluster, toch mogelijkheden gezien voor samenwerking tussen uitgesproken voor- en tegenstanders op dit dossier (SP en het CDA).

We herkennen ons niet helemaal in de weergave zoals de informateur deze in zijn verslag heeft opgeschreven. Waar wij geen breekpunten formuleerden, lijkt de informateur die wél te zien. Programmatische aarzelingen op gebied van onderwijs en duurzaamheid zijn niet aan ons voorgelegd. Het thema onderwijs hebben we als onderwerp juist wel met de informateur besproken. Over wethouderskandidaten is niet gesproken met de informateur. Hij heeft er niet naar gevraagd. Desgewenst hadden we daar zeker meer duidelijkheid over kunnen geven.

Dit doet niets af aan het feit dat de vier partijen hebben besloten met elkaar in gesprek te gaan. De PvdA gaat het proces vanzelfsprekend met interesse volgen.